micro-kunst

Vandaag hebben mijn benen eindelijk weer wat rust gehad. De Petersburgers zijn zelf volgens mij gewend om veel te lopen. Tijdens excursies lopen we rustig urenlang door de stad. Als wij echt toe zijn aan even zitten loopt de gids nog onverschrokken door.

Gisteren zijn we tijdens een excursie naar een mini-museumpje geweest, met ‘micro-kunst’. (Nee, ik wist ook niet dat het bestond.) Één of andere Russische kunstenaar had met behulp van een microscoop twaalf kamelen in het oog van een naald getekend en een spreekwoord op een menselijke haar geschreven. Die ‘kunstwerken’ kon je dan weer bekijken door een microscoop. Die Russen moeten ook altijd ergens de beste in zijn. Is het niet microscopisch klein, dan wel de grootste, de beste of de belangrijkste.

Als je op tv naar de Olympische spelen kijkt is de Russische nationale trots bijna voelbaar. Ik kijk hier af en toe naar turnen en dat gaat iedere keer zo: als er niet-Russen in beeld zijn kletsen de commentatoren over van alles en nog wat. Maar als er een Rus met een oefening begint valt er een eerbiedige stilte. Tijdens de hele oefening is het muisstil. En dan, als de oefening is afgelopen, barsten de lofprijzingen los: Geweldige oefening! Fantastisch! Ongelooflijk! Maar dit jaar kunnen zelfs de Russen volgens mij niet op tegen het Chinese geweld.

Verder beginnen we hier allemaal wat meer te acclimatiseren. In supermarkten en café’s kunnen we ons beter redden. We weten nu dat ‘service’ hier een behoorlijk onbekend woord is. En we raken ook gewend aan de Russische verschijning op straat. In Nederland lijken veel mensen op straat best vrolijk, ze glimlachen vaak, let er maar eens op. Hier in St. Petersburg lijken de mensen chagrijnig over straat te gaan. Hun aanblik is standaard een beetje bars, alsof ze hun glimlach bewaren voor bijzondere momenten. Ze zijn niet allemaal onaardig, maar ze zijn gewoon niet zo open als Nederlanders. Het duurt veel langer voordat je ze leert kennen, je moet hun vertrouwen winnen. Ik denk dat dat in veel meer Oost-Europese landen zo is.
Maar goed, genoeg voor vandaag, tot morgen!

Geen opmerkingen: